Donderdag 15 augustus 2002 was de voorlaatste dag van een vakantieweek op Vlieland. We hadden een prachtig huisje aan de rand van de Ankerplaats, met een riant uitzicht over de duinen. Het was die hele week al mooi weer geweest, zo ook die donderdag. Aan het einde van de middag was ik naar de Badweg gefietst. Daar werd mijn aandacht getrokken door 3 cirkelende Buizerds. Even dacht ik een oranjebruine staart te zien, maar ik had mijn verrekijker niet bij me. Gelukkig vlogen de vogels naar het westen, want ik moest ook die kant op. Aangekomen bij het huisje pakte ik mijn kijker, en de vogels kwamen mooi over me heen vliegen. Het bleken drie gewone Buizerds. Er waaide een zwakke wind uit het zuidoosten en dat kán soms spannende dingen opleveren! De Buizerds waren nauwelijks verdwenen, toen ik om 16.40 uur ten zuidoosten van het huisje, een veel grotere roofvogel ontdekte. De vogel cirkelde en kwam mijn richting op. Ik voelde onmiddellijk dat dit iets bijzonders was. Ik bekeek de vogel even door mijn kijker, zag de vleugels in een Vstand staan, en had de associatie: zéér grote Buizerd. Ik besloot foto’s te maken en dat betekende tijdverlies door camera pakken en gereedmaken. Mijn zoons hielden ondertussen de vogel in de gaten. Ik maakte snel een foto, maar merkte dat de afstand te groot was en besloot mijn onbetrouwbare 2x converter te gebruiken (weer tijdverlies). De vogel kwam inmiddels steeds dichterbij en cirkelde uiteindelijk pal boven ons. Met trillende handen maakte ik enkele foto’s. Op dat moment bekommerde ik me er alleen om de vogel in de zoeker te houden. Uiteindelijk kon ik de vogel nog even bekijken door mijn verrekijker en vroeg me hardop af wat ik in beeld had. Het vliegbeeld en de kleuren deden me denken aan een Havikarend, maar dat kon toch niet, want ik had de vleugels toch in een V-stand zien staan…. ?
Ik zag de vogel in noordwestelijke richting verdwijnen. Na 200 meter veranderde de vogel van richting en boog af naar het zuidwesten. Ze vloog nu tegen de wind in en ik zag de zware slagen van de brede vleugels. Toen een Buizerd even ging pesten, was het grootteverschil goed te zien. De vogel leek naar beneden te gaan en ik raakte haar kwijt. Enigszins verbouwereerd bleef ik achter op het terras. Arendbuizerd? Havikarend? Ik raadpleegde mijn vergeelde Lars. Beide soorten waren nog maar twee keer eerder in Nederland gezien. Wat betreft de kleuren lijken de juvenielen van deze twee soorten op elkaar, en wat betreft de grootte is er een overlap. Maar ik hád die V-stand van de vleugels gezien. Mijn eerste voorzichtige determinatie was: een juveniele Arendbuizerd. Ik hoopte dat er in ieder geval één foto gelukt was. Nu begonnen er enige stressvolle uren. Ik wilde de waarneming zo snel mogelijk doorgeven. Met het laatste beetje stroom in de mobiel sprak ik om 17.10 uur de waarneming in op de vogellijn. We aten met z’n allen in een visrestaurant, maar ik kan me nauwelijks herinneren hoe de gebakken schol in het visrestaurant smaakte. Bovendien was ik ook niet de meest gezellige gesprekspartner tijdens de maaltijd. Terug in het huisje ging de telefoon aan de lader en na een half uur durfde ik het aan om te bellen, vanaf de top van een duin voor het bereik: ruisssjjsshhh…... Rond 20.00 uur belde ik Rommert Cazemier, die op zijn beurt weer andere vogelaars zou inlichten. Vervolgens belde ik Piet Zuidhof en hij vroeg zich af waarom de melding nog niet was ingesproken op de vogellijn. Om het bericht toch wereldkundig te maken, heb ik daar om 20.27 uur voor het eerst zelf een melding op de pieper gezet: “een vrij zekere juveniele Arendbuizerd”.
De volgende dag gingen we terug naar Groningen. In plaats van terug te fietsen vanaf Harlingen namen we de trein. Ik zou dan op tijd zijn om de foto’s af te laten drukken bij een 1 uurs-service. Eind van de middag kon ik ze ophalen en ik was zo blij dat de foto’s waren gelukt, dat ik niet eens de tijd nam om ze goed te bekijken. In mijn hoofd zat: ik heb een Arendbuizerd gezien en ik moet zorgen dat de foto’s zo snel mogelijk op het internet te zien zijn. Met een noodgang ging het naar Phons van Oploo, die de foto’s voor mij wilde scannen. Ik had maar heel weinig tijd, want ’s avonds had ik al weer een andere afspraak, maar mijn doel werd gehaald: voor 6 uur ’s avonds had ik 4 foto’s naar de sites van Rommert Cazemier en van Dutch Birding Association gestuurd.
Vogelaars uit heel Nederland zouden ze kunnen zien en eventueel de volgende dag gaan zoeken. Die zaterdag had ik eindelijk tijd om de foto’s goed te bekijken en in de boeken te duiken. Toen kwamen ook de eerste serieuze berichten dat het waarschijnlijk om een Havikarend zou gaan, en dus niet om een Arendbuizerd. Met de foto’s en een stapel boeken voor me op tafel was ik eerst wat teleurgesteld over de onjuiste determinatie. Ik besefte nu zelf al snel dat het zeker om een juveniele Havikarend ging: de foto’s zijn duidelijk genoeg. Ze laten de lange en brede vleugels met een S-vormige achterrand zien, kenmerkend voor een juveniel, de oranjebruine kleuren, de lange staart en de zwarte toppen aan de vingers. De buitenste handpennen hebben een lichte basis. De kop lijkt echter vrij groot voor een Havikarend, haast wat buizerdachtig. De V-stand van de vleugels had ik zeker gezien, maar slechts kort, en waarschijnlijk heeft de vogel ze net even anders gehouden dan voor een Havikarend gebruikelijk is. Ik heb mij op dat enmerk vervolgens te veel gericht en naar achteraf blijkt heeft mij dat op het verkeerde spoor gezet. Na een rondje hardlopen om dit hele gebeuren te “verwerken” mocht ik van mezelf genieten van het feit dat ik een Havikarend had gezien, sterker nog: ontdekt! Nog even voor de statistieken: de vogel is vrijdagmiddag gezien, zwevend boven de Meeuwenduinen, daarbij alles wat kon vliegen de lucht in jagend en zaterdag’s nog kort bij de Kroonspolders. ’s Zondags reisden zo’n 40 vogelaars af naar het eiland, maar tevergeefs: de Havikarend werd niet meer teruggevonden. Naar verluid is de vogel zondagmiddag nog vliegend boven Katwijk gezien. Op Terschelling zou van 12 juni t/m 15 juli een Havikarend aanwezig zijn geweest, in een niet vrij toegankelijk gebied. Waarschijnlijk ging dat om een andere vogel: die van Vlieland was een gave juveniel, en een waarneming van een dwaalgast op 15 augustus is mogelijk. Die van Terschelling werd al half juni gezien, en het is onwaarschijnlijk dat een juveniel al zo vroeg deze kant op komt. Via via hoorde ik dat de vogel op Terschelling een onvolwassen exemplaar zou zijn dat al enige rui vertoonde. Na Gendringen (’58) en Vlieland (’95) zou dit het derde geval voor Nederland zijn.
Copyright © 1992-2024 Deception Tours - No Guts - No Glory!